Portret
Bert Middel, voorzitter voor een jaar bij de Raad van Toezicht
‘Je moet optimaal zorgen voor mensen die kwetsbaar zijn of ondersteuning nodig hebben’
door Willemien Afman
Bert Middel (68) werkt nog volop. Hij is dijkgraaf van Waterschap Noorderzijlvest en lid van een aantal Raden van Commissarissen. Bert is van vele markten thuis, dat laat zijn imposante werkverleden zien. Zo heeft hij in de Tweede en Eerste Kamer gezeten, is hij burgemeester geweest, was hij onder meer vicevoorzitter bij de Hanzehogeschool Groningen en bekleedde hij de functie van voorzitter in de Raad van Commissarissen van FC Groningen. Eigenlijk zou ‘lid Raad van Toezicht Lentis en FPC Dr. S. van Mesdag’ ook aan de opsomming ‘werkverleden’ toegevoegd worden, maar het liep anders. Bert Middel nam na acht jaar geen afscheid van onze Raad van Toezicht, integendeel, hij werd voorzitter.
Hoe is dat zo gekomen?
‘Eigenlijk zou ik weg bij de Raad van Toezicht, mijn zittingstermijn is inmiddels verstreken. Omdat dat voor veel leden het geval was, kregen we te maken met leegloop. En dat is niet handig nu er zo veel speelt bij Lentis, Dignis en Mesdag. Beter zou zijn als er iemand bleef die bekend is met het nut van en het idee achter de transitie. De Raad van Toezicht heeft toen, ondersteund door de Raad van Bestuur, gevraagd of ik nog een jaar wilde blijven. In de rol van voorzitter. Dat wilde ik wel, maar niet langer dan een jaar. Dus volgend jaar, rond de zomer, ben ik weg’, legt Bert uit. Ja?
Bert: ‘Ja, echt. Als je geruime tijd toezichthouder bent, vind je het vervelend om weg te gaan. Dat is goed, want het toont aan dat je betrokken bent. Tegelijkertijd moet je juist als toezichthouder afstand bewaren. Dat lukt niet goed als je steeds meer verweven raakt met de organisatie. Daarom is het na dit jaar klaar’. Wat vind je boeiend aan de GGZ en de ouderenzorg?
Daar hoeft Bert niet over na te denken. ‘Geestelijke gezondheidszorg is een onderbelichte sector in het zorgspectrum. Heel anders dan bij ziekenhuizen. Ben je somatisch ziek? Dan is dat vaak zichtbaar en vindt men dat er iets aan gedaan moet worden. Psychische ziekten daarentegen zie je niet aan de buitenkant. Die worden daarom minder serieus genomen.’ Bert vertelt verder: ‘Ik heb lang in het parlement gezeten. Halverwege de jaren negentig ben ik daar GGZ-woordvoerder geweest. Dat was toen echt een ondergeschoven kindje. Ik vond het tijd dat daar verandering in kwam en zo is mijn betrokkenheid ontstaan.’
Ik heb ontzettend goed met Peter samengewerkt
en dat zeg ik niet voor de flauwekul
En ouderenzorg?
Bert, stellig: ‘Daar ben je als samenleving verantwoordelijk voor. Je moet optimaal zorgen voor mensen die kwetsbaar zijn of ondersteuning nodig hebben. Adequate ouderenzorg is daar een uiting van. Ik ben sociaal-democraat, dat zit in mijn genen en vanuit die politieke overtuiging vind ik dat je zorg moet dragen voor mensen die dat nodig hebben.’ Je neemt de taken over van Peter Lerk. Hij heeft onlangs afscheid genomen als voorzitter Raad van Toezicht.
‘Peter en ik zijn heel verschillend. Ik heb ontzettend goed met Peter samengewerkt en dat zeg ik niet voor de flauwekul of omdat dat zo hoort. We zijn allebei jongens uit de stad Groningen, wel met een heel andere achtergrond. Peter is inhoudelijk erg betrokken bij de zorg, dat is zijn passie. Ik ben vooral een bestuurder en richt me meer op het proces en de besluitvorming. Waarschijnlijk ben ik daarom gevraagd om nog een jaar te blijven’, aldus Bert. Wat vind je van de ingezette koerswijziging van Lentis?
‘Ik voel die noodzaak, anders hadden we er als Raad van Toezicht nooit een klap op gegeven. Het Lentisconcern is nu te groot en te log. Door de transitie worden posities helder en organisatieonderdelen beter bestuurbaar’, licht Bert toe. ‘Wat meewerkt bij deze veranderingen is dat er op bestuurlijk en op toezichtniveau een goede sfeer heerst. Er is geen gedoe, we willen er met ons allen het beste van maken. En dat moet ook, intenties alleen zijn niet genoeg. Daar ga ik me op richten de komende maanden.’ Je bent 68, werkt veel en gaat Lentis het komende jaar nauw volgen en begeleiden. Houd je tijd over?
Lachend: ‘Ja, zeker wel, in mijn levensbeschouwing leef je maar een keer. Dat betekent dat je je tijd zo goed mogelijk moet inrichten en dat lukt me altijd, ik ondervind daar weinig problemen mee.